Al in de zeventiende eeuw had men door dat zonder boter de vis niet lekker smaakt. In de ogen van de Partij voor de Dieren niet zo diervriendelijk in 2019, maar iedere ondernemer begrijpt wat het gezegde betekent. Dat wil overigens niet zeggen dat vandaag de dag ‘geld bij de visch’ de gouden standaard is. Het adagium verdwijnt in tijden van voorspoed en economische groei al snel van het lijstje met prioriteiten.
Debiteuren, het blijft een boeiend fenomeen en is vooral een kwestie van normen en waarden. Natuurlijk kan het later mogen betalen dienen als een concurrentieel voordeel, vergelijkbaar met het kosteloos retourneren van bestellingen. De vraag is of dit voordeel nou écht zo gewaardeerd wordt door iedere klant. Natuurlijk kent een klant een administratieve organisatie, waarin het even duurt voordat alle handtekeningen zijn gezet. Maar met de huidige graad van automatisering is dat bijna een non-argument geworden. Wél creëert het nogal wat werkgelegenheid binnen het bedrijf en vooral erbuiten. Incassobureaus, factoringmaatschappijen, handelsinformatiebureaus, creditmanagement softwarebedrijven, consultants en natuurlijk de kredietverzekeraars.
Mijn vader deed destijds al keurig zaken conform de procedure van de toenmalige NCM, het huidige Atradius. Netjes limiet aanvragen, achterstalligheid melden en na de afgesproken termijn het dossier overdragen.
Talloze bedrijven hebben hun debiteurenproces ingericht op basis van de polisvoorwaarden van de kredietverzekeraar. Wel zo makkelijk én een fijne stok achter de deur richting nieuwe, slecht of helemaal niet betalende klanten. Het simpelweg aanspreken van een klant op een gemaakte betalingsafspraak blijkt in de praktijk (te) moeilijk. De polis reikt een hoognodige structuur aan in het debiteurenproces, deelt doorlopend waardevolle informatie over de financiële status van een klant én neemt bij betalingsonmacht de incasso uit handen. Plus aan het eind van de rit: uitbetaling van het openstaande bedrag.
Net als de vraag of klanten een betalingsconditie wel echt waarderen, overheerst bij een kredietverzekering het beeld van ‘als het regent, trekt men de paraplu in’. En dat is toch gek. Als je nou weet dat een klant financiële problemen heeft, dan neem je toch maatregelen? Als het bliksemt, is het niet verstandig om met omhoog gestoken paraplu over straat te blijven lopen. Waarom mag een kredietverzekeraar dan geen maatregelen nemen? Als je dan werkelijk zoveel vertrouwen hebt in deze klant, dan hoeven de facturen ervan ook niet verzekerd te worden, toch? Inmiddels zijn er meer en meer verzekeraars actief in de Nederlandse markt en is het product geëvolueerd door nieuwe oplossingen voor met name MKB-bedrijven, maar ook voor langlopende projectdekkingen of zogenaamde single risk-oplossingen.
In onze dagelijkse praktijk ervaren we zelf, maar ook onze klanten, dat het langer duurt voordat (alle) facturen betaald worden in binnen- en vooral buitenland. En dat in deze tijden van economische groei. De huidige geopolitieke uitdagingen in combinatie met het feit dat banken eisen dat hun leningen afgelost worden en kredietverzekeraars hun uitstaande limieten gecontroleerd afbouwen, maken het meer dan de moeite waard om na de vis die u met Kerst at, uw debiteurenbeleid op het lijstje van goede voornemens te zetten. Er moet immers ook volgend jaar weer voldoende boter zijn.
Column voor het Rotterdamse zakenmagazine Friends in Business.
Publicatiedatum: 12 februari 2019